Het maken van cementen beelden is een ander proces dan bij hout en steen. Bij dat laatste wordt er materiaal weg gehakt, tot de gewenste vorm er is. Bij cement ( en ook bij brons) wordt een origineel opgebouwd van klei, was of gips. Om dat origineel wordt een mal gemaakt. Meestal een voor- en achterkant, dus twee delen. Bij een ingewikkelder beeld kan de mal ook uit meerdere delen bestaan. De mal wordt van het origineel gehaald, het origineel is dan meestal beschadigd, dus niet meer te gebruiken. Het voor- en achterdeel van de mal worden weer aan elkaar bevestigd en volgegoten met cement als het beeld massief wordt. Bij grotere beelden kunnen de mallen ingelegd worden met een laag cement en lapjes jute als bewapening. De twee delen weer aan elkaar om er een geheel van te maken. Als het cement hard is, wordt de gipsen mal weggehakt en blijft het cementen beeld over.
Deze cementen beelden zijn gemaakt midden jaren negentig. Ik volgde toen beeldhouw cursussen bij Inez Glebbeek in Driehuizen. Het eerste uur was er meestal een model. Snelle schetsen maken leerde je goed naar verhoudingen te kijken en die vlot op papier te zetten. Het tweede uur werd er gewerkt met klei of was. Voor mij was het een schokkende ervaring, dat ik in enkele avonden al een resultaat had. Met hout was ik daarvoor gewend toch minstens enige maanden, zo niet een jaar met een beeld bezig te zijn.
De koppen en torso’s zijn allemaal in die periode gemaakt.
Charley was toen een bevriende musicus, Joris is mijn zoon op 14 jarige leeftijd en Janneke mijn dochter op 12 jarige leeftijd.
Charly is de eerste kop, die ik maakte. Hij heeft een duidelijke neus. Die neus lukte in één keer. De rest van de kop ging toen van zelf.
beeld van gegoten cement. Mijn dochter Janneke op twaalf jarige leeftijd.
Mijn zoon Joris op 14 jarige leeftijd.
Charly, Joris en Janneke op een rij.
Hol gegoten kop van aluminiumcement. Dez kop is uitvergroot. Het toont de onverzettelijkheid van Piet.
gegoten aluminiumcement
Hol gegoten aluminiuncement.
hol gegoten aliminiumcement